Het is overgeleverd in Saheeh al-Bukhaari (5558) en Saheeh Muslim (1966) dat Anas ibn Maalik (moge Allaah tevreden met hem zijn) heeft gezegd: De Profeet, sallAllahoe 'aleyhi wa salaam, offerde twee witte rammen met zwarte spikkels. Hij slachtte met zijn eigen handen, zei 'Allaahu akbar? en zette zijn voet op hun nekken.
Het is overgeleverd dat 'Abd-Allaah ibn ?Umar (moge Allaah tevreden met hem zijn) heeft gezegd: De Profeet, sallAllahoe 'aleyhi wa salaam, bleef tien jaar in Madeenah en offerde elk jaar op Eid een offer. Overgeleverd door Ahmad, 4935; Al-Tirmidhi, 1507; Hasan geclassificeerd door al-Albaani in Mishkaat al-Masaabeeh, 1475.
Het is overgeleverd door ?Uqbah ibn 'Aamir (moge Allaah tevreden met hem zijn) dat de Profeet, sallAllahoe 'aleyhi wa salaam, offerdieren verdeelde onder zijn metgezellen en hij (?Uqbah) een schaap kreeg dat zes maanden oud was. Hij zei, 'O Boodschapper van Allaah, ik heb een schaap gekregen van zes maanden oud. Hij zei, 'Offer het. Overgeleverd door al-Bukhaari, 5547.
Het is overgeleverd door al-Baraa? ibn 'Aazib (moge Allaah tevreden met hem zijn) dat de Profeet, sallAllahoe 'aleyhi wa salaam, heeft gezegd: Wie een offer brengt na het gebed, heeft zijn rituelen (van Eid) gecompleteerd en heeft de weg van de Moslims gevolgd. Overgeleverd door al-Bukhaari, 5545.
Uit Risaalat Ahkaam al-Udhiyah wa?l-Dhakaah van Ibn ?Uthaymeen (moge Allaah genade met hem hebben):
Shaykh Muhammad ibn ?Uthaymeen (moge Allaah genade met hem hebben) heeft gezegd: Udhiyah is Sunnah mu'akkadah voor degene die in staat is om het te doen, een persoon moet dus het offer brengen uit naam van zichzelf en de leden van zijn huishouden.
Fataawa Ibn ?Uthaymeen, 2/661.